15.10 tot 25.11.2007 = QUEBEC Canada tot VIRGINIA VSA
Week van 15.10 tot 21.10.2007
We gaan natuurlijk ook de stad Quebec bezoeken. Parkeren kost in Vieux-Quebec, voor een auto 10 CAD/dag. Voor onze camper (eigenlijk niet veel groter dan sommige auto's hier) willen ze ons 50 CAD rekenen. Daar we dit oplichterij vinden rijden we nog wat rond en vinden 1 km verder een gratis parking. Het "Château de Frontenac", dat op elke postkaart en foto van Quebec staat afgebeeld, stond spijtig genoeg helemaal in de steigers en dit was ook het geval voor vele andere gebouwen. Het "Château de Frontenac is eigenlijk een hotel, dat deel uitmaakt van de Fairmont keten. Je kunt wel rustig in het hotel rondwandelen, maar wij zouden er niet willen logeren want het oogt ongezellig en somber. De meeste bezoekers zijn Chinezen of Japanners, die je trouwens overal in de stad en restaurants tegenkomt. We gaan lekker eten en helemaal niet duur in de "Auberge du Trésor" , en maken daarna een wandeling door de stad, langs de Holy Trinity Church met zijn prachtig plafond, het Hôtel de Ville, de Basiliek met zijn prachtig intérieur en terug via de Basse-Ville. Een van de muren is een enorme tekening, die de Basse-Ville in de vier jaargetijden voorstelt met alle personages die een rol hebben gespeeld in de geschiedenis van Quebec.
De dag nadien keren we terug naar Quebec. Via 591 trappen bereiken we de Citadel, het slagveld van Champlain (waar de Fransen Canada aan de Britten verloren hebben) en de heuvel met het Parlementsgebouw, en wandelen terug door het oude stadsgedeelte. Overal in de stad waar een beetje groen is, zie je bruine,grijze en zwarte eekhoorntjes. Zij zijn helemaal niet bang en laten zich gewillig fotograferen. Ze zijn ook zo schattig.
In Vieux-Quebec vindt je op verschillende plaatsen goede straatmuzikanten. Op de hoek van de Rue du Fort staat een saxofonist en Fred die graag sax had kunnen spelen, is er door gefascineerd en koopt 3 DVD's.
Het is ondertussen avond geworden en de verlichting geeft het oude stadsgedeelte een speciale charme.
De volgende twee dagen is het prachtig weer en we profiteren ervan om de omgeving van Quebec te bezoeken. We rijden eerst naar Ste.Anne-de-Beaupré. Het is een soort bedevaartsoord, en in het dorpje zien we zeker 6 kerken. De voornaamste is het Sanctuaire de Ste.Anne. De kerk is voorzien van een mooi versierd plafond, prachtige glasramen en mozaïeken. Zelfs het onderste gewelf is een enorme prachtige kapel. Wanneer we de kerk binnenkomen, slaat een warme gloed ons tegemoet, als gevolg van de duizenden kaarsen die in de kerk branden. Er loopt een koster rond die de hele dag niets anders doet dan de kaarsen wegnemen, en nieuwe klaar zetten voor de volgende gelovigen. We gaan tegenover de kerk 's middags een snack eten, maar we hebben nog nooit zo slecht gegeten.
We vervolgen onze weg naar de Canyon de Ste Anne. Die is werkelijk spectaculair. De canyon wordt gevormd door een prachtige waterval, waar we langsheen kunnen wandelen via een mooi aangelegd bospad en boardwalk. Overal zijn mooie uitkijkpunten voorzien, en de zon zorgt voor prachtige regenbogen op de waterval. Het water stort met een zodanige kracht naar beneden, dat je op de uitkijkpunten een fijne waternevel voelt. We moeten over twee houten hangbruggen, waarvan een op 60 m boven de canyon hangt. Ze is 58 m lang en wiebelt vervaarlijk. Ik ben dan ook een beetje bang om er over te lopen en durf zeker niet naar de afgrond eronder zien. Men heeft wel een prachtig zicht op de waterval. De tweede hangbrug wiebelt nog erger, daar durf ik niet over, Fred wel.
Ons volgend bezoek is de "Chute de Montmorency", een van de trekpleisters van de stad Quebec. De waterval is 83 meter hoog, (33 meter hoger dan de Niagara Falls ). De waterval ligt in een prachtig park. We nemen de kabellift om tot boven aan de waterval te komen. Het water stort zich in verschillende trappen naar beneden. Een vaste brug ditmaal overspant de waterval en van hieruit heeft men een prachtig uitzicht op de stad Quebec en de St. Lawrence River. Via een mooi aangelegde boardwalk met 487 trappen langs de waterval komen we terug beneden. We wachten nog tot de waterval verlicht is, om nog enkele mooie foto's te maken. Deze waterval bevriest in de winter en volgens foto's die we gezien hebben, moet dit spectaculair zijn. Het is onwaarschijnlijk dat een waterval kan bevriezen, maar volgens de bewoners kan de temperatuur hier vooral in januari en februari tot - 40°C dalen.
De volgende dag hebben we een afspraak voor montage van onze nieuwe banden en we profiteren er tegelijk van om de remmen te laten controleren. We hadden nieuwe remmen meegenomen uit Frankrijk, maar ze dienden nog niet vervangen te worden. Het bandencentrum heeft free Wifi, en terwijl we op de montage van onze banden wachten, kunnen we op Internet werken.
We rijden via Trois-Rivières naar Magog, waar enkele mooie huizen te bewonderen zijn,
en we gaan er lekker eten : soep, een grote tournedos met groenten en aardappelen, 12 grote garnalen met rijst, een lekker stuk kriekentaart en koffie voor slechts 22 CAD$ (ong. 15 euros) voor 2 personen en hoewel het eind oktober is kunnen we zelfs in T-shirt op het terras eten.
Via Saint-Jean-sur-Richelieu komen we in Montreal. Om in Montreal te komen moeten we over twee enorme bruggen over de St. Lawrence,
en zeggen dat ze in Antwerpen problemen hebben om een brug over de Schelde te bouwen. Het is ondertussen spitsuur en we moeten bijna heel Montreal door om aan onze overnachtingsplaats te komen. We zetten ons op de parking van één der vele Wal-Marts. Wij hadden in het Gross Morne NP een schild gekocht met een Moose (eland) erop en dat hing vanachter op ons bagagerek maar dat was ‘s morgens verdwenen. Het hangt nu wel ergens in een kinderkamer of op een boekentas.
Als we naar het Visitor Center rijden in het Centrum van de stad, komen we voorbij het Olympisch Park met de imposante « Tour de Montreal », de Biodome en langs prachtige lanen. Het is zondag en heel rustig in de stad. In het Visitor Centers duidt men ons twee parkings aan waar het mogelijk is om met de camper te stationeren (vele parkings zijn ondergronds). Ook hier is het dezelfde oplichterij, 8 $/dag voor een auto, voor onze camper was er zelfs één die 60 $/dag vroeg. We besloten dan maar op camping te gaan, maar de dichtst bijzijnde camping is op 28 km van de stad doch er zou een pendelbus zijn om ons naar Montreal te brengen. Op de camping aangekomen, die gelegen is naast een drukke snelweg, blijkt er geen pendelbus meer te zijn want het is buiten seizoen. Het tarief blijft nog wel altijd hetzelfde, maar de voorzieningen zijn gereduceerd, zelfs de douches zijn extra te betalen en we moeten 7 $ betalen voor 24 h Internet, en één minuut na de 24 uur geen Internet meer. Daar we toch zo ver waren, besluiten we om één nacht te blijven, de was te doen, de hond te wassen en te internetten (gelukkig was er zeer goede ontvangst in onze camper). Op de camping staan enkele machtige RV's (campers), dat zijn gewoon (rijdende?) huizen. Die op de foto
Week van 22.10 tot 28.10.2007
We moeten om 13.00 h de camping verlaten en gezien het zulk prachtig weer is, gaan we de Jardin Botanique bezoeken. Hier valt de parking mee, zelfde prijs voor een auto als voor een camper, 10 $/dag, en er zijn zelfs plaatsen gereserveerd voor campers. De Jardin Botanique is gelegen juist tegenover het Olympisch Park. In 1976 werden de Olympische zomerspelen in Montreal gehouden. De Jardin Botanique is een rustige oase van groen in een grote stad. Ook hier zijn de prachtige herfstkleuren een streling voor het oog. Je ziet er veel mensen die hier gewoon een beetje komen zitten om op adem te komen, te mediteren of te genieten van de prachtige natuur. De tuin is verdeeld in verschillende thema-parken, zoals de rozentuin, de "Jardins de Natives" (inboorlingen), een Japanse tuin waar een replica hangt van de vredesklok van Hiroshima. Spijtig genoeg is de Japanse vijver (een belangrijk onderdeel in een Japanse tuin) drooggelegd voor de nakende winter. Het zal zeker prachtig zijn in de lente als de azalea's en rododendrons in bloei staan. Er is nog een andere prachtige vijver, een tuin met schaduwplanten en een alpijnse tuin. In het park zijn bijna zoveel eekhoorntjes dan er bij ons mussen in de stad zitten. De hoofd attractie van het park is echter de Chinese tuin, die ’s avonds prachtig verlicht is. Het is een grote vijver met daarop prachtig verlichte kleurige draken, bloemen en planten, personages, vissen, zeepaardjes enz. Rond de vijver is een wandelpad met Chinese lampions en er staan verschillende Chinese tempels rond. Het is echt fantastisch, niet moeilijk dat er zoveel volk was. Het was dan ook een prachtige avond, in T-shirt op een avond eind oktober in Canada, dat is toch wel heel ongewoon. Toen wij om 19.30 h het park verlieten stond er nog een file van wel 300 mensen aan de kassa’s om het park te bezoeken.
De volgende dag regent het heel de dag pijpenstelen, we zoeken weer een bibliotheek op om te internetten. Als we ons in de bibliotheek aanmelden, krijgen we te horen dat we een abonnement nodig hebben en dit kunnen we enkel krijgen als we in Montréal wonen. Na wat over en weer gepraat, de provincie Quebec is niet erg gastvrij, krijgen we toestemming voor 1 dag.
De volgende dag schijnt de zon terug en gaan we het Insectarium in de Jardin Botanique bezoeken. In het insectarium is er een rijke collectie insecten uit heel de wereld. Er zitten, weliswaar achter dik glas, een paar gevaarlijke schorpioenen en enkele griezelige tarantullas.
Vandaar gaan we naar de Biodôme, die is ondergebracht onder de « Tour de Montréal ». De « Tour de Montréal », een overblijfsel van de Olympische Spelen, is 178 m hoog en normaal kan men met een kabelliftje in enkele minuten naar de top. Wegens werken is dit nu niet mogelijk. In de Biodome zijn verschillende klimaatzones van het Amerikaanse continent nagebootst. Aan de ingang heeft met eerst het vochtig tropisch regenwoud met een prachtige plantengroei, bontgekleurde vogels en zelfs capucijnaapjesaapjes, die lustig door de bomen slingeren. Via een tropisch aquarium en terrarium met prachtige felgekleurde giftige kikkers komt men in boréaal klimaat, het prairielandschap en de ijskoude poolgebieden, met pinguïns en puffins (papegaaiduikers). Het is een heel interessant concept en de dieren zitten niet opgesloten in kooien.
Daar Fred een klein hartprobleempje heeft en regelmatig een bloedtest moeten laten uitvoeren, willen we dit in Montréal doen. We hebben het adres van een polikliniek gekregen, doch die behandelt enkel patiënten die in Montréal wonen. Later horen we van een Frans echtpaar dat al enkele jaren in Montréal woont, dat de ziekenzorg in Canada niet denderend is en dat er lange wachttijden zijn. We besluiten de test dan maar uit te stellen tot later. Daar we parking aan het metrostation hadden gevonden, en het even duur was om 1 uur of de ganse dag te blijven staan, laten we de camper op de parking en nemen de metro naar Montréal.
We komen recht in de ondergrondse stad uit. Hierin is een enorm winkelcomplex ondergebracht, zodat je in de winter als het bar koud is of sneeuwt, niet buiten hoeft te komen om te shoppen. Je kunt er werkelijk alles vinden. De benedenverdieping is helemaal voorzien om te eten. Aan de zijkanten vindt je restaurantjes die alle mogelijke gerechten aanbieden, sushi, cajun, hamburgers, Chinees, Mexicaans, pizza's en noem maar op. Het voordeel is dat er een gemeenschappelijke eetruimte is, zodat je toch samen kunt eten hoewel je schotels uit verschillende restaurants neemt. We wandelen nog een beetje door de stad en bezoeken de Basilique Marie-Reine-du-Monde, welke een "replica" van een deel van het Vatikaan voorstelt. De kerk heeft een prachtig altaar in brons. De basiliek staat op het Dorchester Square, waar allerlei verschillende bouwstijlen naast elkaar staan. Montreal is er in geslaagd een harmonieus evenwicht te vinden tussen oude gebouwen en moderne wolkenkrabbers.
De volgende dag gaan we Vieux-Montréal bezoeken. We zetten ons terug op de parking van de Jardin Botanique en nemen vandaar de Metro. De metro in Montréal is werkelijk fantastisch, hij brengt je in enkele minuten tegen een razende snelheid van het één eind van de stad naar het andere. Het is goedkoop en om de paar minuten is er een verbinding, zelfs buiten de spitsuren. We wandelen door de stad richting de Basilique Notre Dame de Montréal op de Place d'Armes. Overal staan paard en koets geduldig te wachten om de toeristen in de stad rond te leiden. De basiliek is een replica van de Notre Dame de Paris, gebouwd in 1829 in Neogotische stijl. De kerk heeft een prachtig altaar en het retabel staat tegen een lichtblauwe achtergrond onder een gouden hemel. Het geeft de indruk dat het in openlucht staat. Het interieur heeft prachtig houtsnijwerk
Hier staat ook het Maison Pierre du Clavet uit de 17e eeuw, waar vandaag één van de duurste restaurants van Montreal gevestigd is. Wij willen ook naar Chinatown, maar buiten de mooie ingangspoort met de twee leeuwen, stelt dit eigenlijk niet veel voor. Wij willen nog het Oratoire Saint Joseph bezoeken, doch daar we geen plaats vinden om te parkeren, moeten we ons tevreden stellen met een foto. We hebben opnieuw mooi weer en zien zelfs een rustige zonneklopper in zwembroek aan de fonteinen van de Place des Arts.
De volgende twee dagen moeten we een afstand van 580 km afleggen tussen Montréal en Toronto. We overnachten halverwege aan een "Sam's", een grootwarenhuis van de Wal-Martketen (een beetje te vergelijken met de Makro bij ons). We hebben een toegangskaart, lopen er 's avonds rond, en wat vinden we daar: Belgische Truffles! Van Ellezelle! Ons België is maar een vlekje op de kaart, maar wij weten het niet liggen. De goede Belgische chocolade is wel gekend in zowel Canada als de Verenigde Staten.
De voorsteden van het zeer grote Toronto beginnen al 80 km voor de stad, en het verkeer op de toegangswegen is chaotisch. Het zijn enorme autostrades met vier tot vijf baanvakken in elke richting, en naast de autostrades liggen verschillende zijbanen (collectors) naar de diverse randsteden. Daar de afstanden er zo groot zijn, zien we op de baan veel overladen trucks die tot 40 m lang kunnen zijn en ons gezwind voorbijsteken ondanks dat we aan de max. toegelaten snelheid over de highway rijden.
Week van 29.10 tot 04.11.2007
Daar we binnen enkele dagen de grens met de US terug overgaan, moeten we naar de dierenarts met Jasmine voor de jaarlijkse inentingen. De wet voorziet dat de inentingen 1 maand voor vervaldatum moeten hernieuwd worden. We hebben ook een klein probleempje met de kontakten op de print die de batterijen van het woongedeelte regelt. Via een postbode vinden we een garage met een zeer goede mecanicien van Italiaanse herkomst, die ons snel helpt. Hij heeft twee draden die verbrand waren gesupprimeerd en de kontakten verstevigd.
We stoppen aan een Supermarkt, waar verschillende taxi's gestationeerd waren. De chauffeurs zijn allemaal Indiërs met veelkleurige tulbanden. We eten hier Sushi, en die was zeer lekker.
We rijden door naar Toronto stad, en de politie wijst ons een geschikte plaats aan waar we met de camper kunnen overnachten, namelijk op de parkings van het Exhibition Center. We laten de camper daar staan en gaan de volgende dag te voet de stad verkennen. Als eerste natuurlijk de CN Tower, die we de avond tevoren prachtig verlicht van op de parking konden zien. Om daar te geraken moeten we voorbij het Rogers Centre. Het stadion was het eerste stadion ter wereld met een volledig wegschuifbaar dak, het sluiten duurt wel 20 minuten. Op de buitenmuren staan reusachtige stripfiguren welke de welbekende "gebaren" van de toeschouwers tijdens de match voorstellen, heel grappig. De CN Tower werd in de jaren zeventig gebouwd en heeft een hoogte van 553 m. Je kannemen de lift die je in 80 seconden tot 342 m. hoogte brengt. Het hoogst toegankelijke punt is de Sky Pod op 447m. Fred is naar boven gegaan, ik niet, ik heb hoogtevrees. Op dit verdiep is het grootste ronddraaiende restaurant (het draait in 72 minuten helemaal rond) ter wereld gevestigd. Er is ook een panoramazaal met een glazen vloer. Het uitzicht van hier af is overweldigend, men zegt zelfs dat je bij helder weer de Niagara Falls op 80 km afstand kunt zien.
Aan een kraampje kopen we een lekkere hotdog, 2 grote worsten met groenten saus en frietjes (6 dollar), één portie is ruimschoots genoeg voor ons beiden, we hebben zelfs nog genoeg om de talrijke duiven op het pleintje te voederen. We zetten onze tocht al wandelend voort via het Oude en Nieuwe Stadhuis. Het is een schril kontrast tussen de elegante 19de eeuwse Old City Hall en het ultramoderne nieuwe stadhuis. Na het parlementsgebouw kunnen we het niet nalaten toch even door Chinatown te lopen, dat hier een belangrijk deel van de stad inneemt, maar niet de charmes heeft van bv. Chinatown in San Francisco. Hoewel het Centrum van Toronto zeer modern is met torenhoge wolkenkrabbers, kantoor- en flatgebouwen, is het dankzij de vele plantsoenen, men heeft er zelfs bronzen koeien op een plein gezet, toch aangenaam om te vertoeven. Het is een multiculturele stad en dat komt overal tot uiting. Spijtig genoeg zien sommige buitenwijken er wel armoedig en verwaarloost uit.
We verlaten de stad richting de Niagara Falls, maar het zeer drukke verkeer (we doen 3 uur over 20 km) doet ons besluiten de eerstvolgende Wal-Mart parking op te zoeken.
De Niagara Falls zijn prachtig, vooral de Horseshoe Fall op Canadees grondgebied is imposant. Hier moeten de Amerikanen het duidelijk tegen de Canadezen afleggen. De American Fall (260 m breed) is beduidend kleiner dan zijn Canadese broertje. Een prachtige boulevard biedt mooie uitzichtpunten op beide watervallen. De Horseshoe Fall heeft een breedte van 670 m en is 57 m hoog. Het water stort met een oorverdovend geraas naar beneden, en er hangt steeds een watersluier over de waterval. Via de "Journey beyond the Falls" komt men aan de voet van de waterval. Het is werkelijk indrukwekkend en nat, je krijgt dan ook een plastic regenmantel. Wanneer men achter de waterval doorloopt is het watergordijn zo dicht dat je er bijna geen daglicht doorziet. Met de beroemde "Maid of Mist" boot kun je praktisch tot onder de waterval varen. Via de Niagara Falls overbrugt de Niagara het hoogteverschil tussen Lake Ontario en Lake Erie. Het is een woeste rivier die in banen wordt geleid door waterkrachtbedrijven. Deze zorgen ervoor dat de erosie van de Falls teruggebracht is tot 30 centimeter per 10 jaar ipv van 1 meter zoals voorheen. De energie van deze centrales wordt ook aangewend om de Falls 's avonds prachtig te verlichten. De verlichting varieert in verschillende tinten en geeft het geheel een betoverend effect.
Het is duidelijk te merken dat het Canadees gedeelte het meest bezocht wordt. Het stadje Niagara Falls is een gezellig stadje dat een beetje doet denken aan Universal Studios in Florida. We keren de volgende dag nog terug naar de watervallen, want tijdens ons eerste bezoek was het weer niet zo schitterend. De volgende dag is er een stralende zon die voor prachtige regenbogen op het water en de Rainbow Bridge zorgt.
Na 3 maanden rondtoeren , verlaten we vandaag Canada en gaan terug naar de USA. Via de Rainbow Bridge komen we aan de grenspost. Een vriendelijke douane vraagt ons of we geen vlees, verse groenten of fruit, en dergelijke bij hebben. Ons negatief antwoord stelt de douane gerust, en er wordt verder geen controle gedaan. Er worden ook geen vragen gesteld of papieren gevraagd voor de hond. Wij moeten ons bij "immigration" aanmelden. Na de gebruikelijke vragen en antwoorden, krijgen we, mits betaling van 12 US$, een nieuwe vergunning om 6 maanden in de US te blijven. Hoewel we een visum voor 10 jaar hebben, mogen we maar 6 maanden aaneensluitend in de USA blijven. Daarna moeten we voor enkele weken naar Mexico of Canada. Daarna kunnen we een nieuwe periode van 6 maanden krijgen.
We rijden via de Tollway van Buffalo naar Albany. Zeer mooie weg en slechts 19,90 US$ voor 470 km. Overal in de service stations zijn er goede restaurantjes en is er WiFi.
We stoppen in Albany, de hoofdstad van de staat New York. Buiten enkele mooie gebouwen, vooral het Capitol, heeft de stad niet veel te bieden. Het is zondag en de stad is verlaten.
Week 05.11 tot 11.11.2007
Van Albany gaat het richting Boston. In Boston is het zeer moeilijk een plaats voor de camper te vinden. Uiteindelijk vinden we een parking aan het Constitution Center. Eigenlijk mogen er geen campers op, maar als we ons binnen de lijnen kunnen zetten word het oogluikend toegestaan. We wandelen een deel van de Freedom Trail. De Freedom Trail loopt gemarkeerd door een rode lijn door de stad, en is dus makkelijk te volgen. De Trail begint bij Copp's Hill Burying Ground, het oudste kerkhof van de stad. De Old North Church heeft bijzonder hoge kerkbanken, speciaal ontworpen om in de winter hete kolen in de voetenwarmers te plaatsen. Deze kerk en het Paul Rever (House) speelden
een belangrijke rol in de strijd tegen de Britten in de Onafhankelijksoorlog. In de Italiaanse wijk zijn er talrijke restaurantjes en winkeltjes. De Faneuil Mall met daarin the North Market en de Quincy Market is een gezellige shopping mall, met aan de andere zijde restaurantjes van diverse oorsprong. We gaan nog iets drinken in "Cheers", het café dat gediend heeft voor de populaire TV reeks "Cheers". Er hangen nog foto’s van de acteurs die in de destijds bekende serie hebben gespeeld, en er is ook een shop waar allerlei gadgets over en uit de serie verkocht worden. We komen voorbij het Old State House,
dat eerst als Zetel van het Britse Gouvernement heeft gediend en waar later vanaf het balkon de Declaration of Independence voor het eerst werd voorgelezen aan de bewoners van Boston. Hoewel Boston veel mooie gebouwen heeft en aangenaam wandelt, liggen veel straten er maar vuil bij. Overal in de stad staan kraampjes met gadgets en sokken van de "Red Socks", hun baseballclub waar ze zo fier op zijn. We wilden de volgende dag het vervolg van de Freedom Trail wandelen, maar daar komt spijtig genoeg niets van in huis want de volgende twee dagen regent het.
Met de regen willen we ervan profiteren om te internetten en de achterstand op onze blog en foto's een beetje bij te werken. Daar we midden in de Boston agglomeratie zitten, moeten we lang zoeken naar een bibliotheek met parkeerplaats.
We willen de Harvard Universiteit nog bezoeken, maar de weg erheen is zo chaotisch en het verkeer zo druk, dat Fred het op zijn zenuwen heeft en een hekel aan Boston krijgt en hij wil er zo snel mogelijk weg. Gelukkig vinden we in Quincy een Wal-Mart die een beetje achterin ligt, en waar het 's nachts rustig is.
We rijden richting Cape Cod. Cape Cod is mooi van natuur met prachtige stranden en men ziet duidelijk dat er veel rijke mensen wonen. Nabij Cape Cod ligt trouwens Martha's Vinyard, het buitenverblijf van de Kennedy's. Het is vooral een zomerse bestemming want nu ligt het er maar verlaten bij.
We moeten opnieuw door de staat Rhode Island en Connectictut om in New York te geraken. We rijden naar de RV parking in Jersey City, doch we moeten opletten welke weg we nemen. In New York zijn namelijk verschillende tunnels (o.a. de Holland Tunnel), verboden voor campers, en éénmaal men in de rijstrook staat, is het niet eenvoudig om er nog uit te geraken. De RV parking is vrij duur, 60 US$ per nacht, maar je bent dan ook op enkele minuten in hartje Manhattan, of met de ferry of met de PATH (een soort metro, die de buitenwijken aandoet - zeer efficiënt, supersnel en niet duur).
Na de middag gaan we richting New York. De terminus van de PATH is in de Manhattan Mall nabij de Empire State Building. We stappen richting Central Park, waar op een kunstijsbaan veel lustige schaatsers rondtoeren. Het is zondag en zoals gewoonlijk is er veel volk in Central Park. We gaan naar "Strawberry Fields" gelegen niet ver van de Dakota building waar John Lennon woonde (Yoko Ono woont er nog steeds) en werd doodgeschoten. Deze vredestuin met 161 verschillende plantensoorten uit heel de wereld, werd ingericht met de steun van Yoko Ono als aandenken aan haar vermoorde echtgenoot. De mozaïek met de vermelding « Imagine » is een geschenk van de stad Napels. Tot op heden is het nog steeds een druk bezochte meditatie- en herdenkingsplek.
Daarna nemen we de metro naar Chinatown. Hoewel al laat op de avond is er nog veel volk en bedrijvigheid in de talrijke winkeltjes. Het is inderdaad waar, New York is een "City that never sleeps". Overal flitsen de neon-reclames en we waren tot laat in de avond in de stad, waar een gezellige drukte heerst. In tegenstelling tot wat men zegt geeft dit een veilig gevoel want je bent nooit alleen op straat. Niet zoals vele steden in Europa waar na 18 uur alles gesloten en doods is.
Week van 12.11 tot 18.11.2007
De volgende dag nemen we ticketen voor de hop-on hop-off bus die nabij Time Square vertrekt. We nemen de vier loops, nl de Downtown Loop, dit is het Zuidelijk deel van Manhatttan, de Uptown Loop noordwaarts vanaf Central Park en de Brooklyn Loop. De Night tour slaan we over want het is te koud om 's avonds in een open bus rond te rijden.
De Downtown loop brengt ons met uitgebreide uitleg langs alle bezienswaardigheden van downtown Manhattan, en Marcy's (een der grootste warenhuizen van de US, zij zijn de sponsors van het grote vuurwerk op 4 juli en de grote kinderparade op Thanksgiving Day), langs Madison Square Garden ("The Big Arena" zowel voor grote sportevenementen als voor het optreden van bekende showvedetten zoals Frank Sinatra, Barbara Streisand, enz), de Empire State Building, Union Square Shoping District, Greenwich Village, Soho, de "Garage" een jazzcafé waar talrijke bekende jazzfiguren hun carrière begonnen zijn en de muziekwinkel van Matt Umanov waar onder andere J. Hendrickx en B. Springsteen nog boven gewoond hebben. We kopen bij "Amy's" natuurlijk nog een lekker brood. In Little Italy stappen we uit voor een overheerlijke echte Italiaanse Tiramisu met Italiaanse koffie.
We rijden voorbij Wall Street, het financiële hart van de wereld, voorbij de mooie Trinity Church met park, die echter verloren gaat tussen de wolkenkrabbers, het World Trade Center Site, dat momenteel nog een enorme werf is, maar tegen einde 2009 in een nieuw kleedje staat. De weg vervolgt via Bowling Green waar een enorme bronzen stier staat. Het schijnt als men over zijn edele delen wrijft en je een wens doet dat die uitkomt, je kunt je voorstellen hoe die ballen blinken. Iedereen wil het voor de fun eens proberen , en je weet maar nooit. Bowling Green is het oudste park van New York. Daar kocht de Hollandse kolonist Peter Minuit Manhattan van de Indianen voor de prijs van 24US$ in goederen. Dan gaat het richting City Hall en het Battery Park, van hieruit vertrekken vele excursies naar Ellis Island met het Vrijheidsbeeld. We komen voorbij de Brooklyn Bridge en gaan dan richting East Village en komen voorbij het gebouw van de Verenigde Naties. Ondertussen is het al donker geworden en de stad baadt zich in een zee van licht. Het Rockefeller Plaza is toverachtig mooi verlicht. Ook hier is een ijsbaan waar de schaatsers zich lustig uitleven. De traditionele kerstboom (de grootste van New York) staat er al, maar wordt spijtig genoeg pas volgende zaterdag verlicht. De bus zet ons terug af nabij Time Square, en we blijven er nog enkele uurtjes om foto’s te maken, door de winkels te lopen en gewoon om naar de mensen te kijken. Het is een levendige gezelllige drukte. Alleen al de etalages en verlichting zijn een streling voor het oog, vooral nu de kerstperiode in aantocht is. Want Kerstmis wordt in the US nog steeds volop gevierd, ze blijven in hun hart toch een beetje kind. Is dat niet fantastisch ? We moeten echter terug naar de camper want Jasmine wacht op ons.
's Nachts worden we gewekt door de misthoorn van de vuurtoren, en als we 's morgens opstaan is er een dichte mist. We keren terug naar New York met de PATH, die ons dit maal tot aan de World Trade Center Site brengt. We lopen rond de werf, en lezen over al wat men wil bouwen op de plaats waar de Twin Towers stonden. Het is inderdaad een enorm gat midden in New York. Men is bezig een "Reflecting pool", een Memorial, een gloednieuw PATH station en de Freedom Tower te bouwen, dit alles moet klaar zijn eind 2009. We nemen de hop-on hop-off bus voor de Brooklyn Tour, en rijden de Manhatan Bridge over. In tegenstelling tot Manhattan, is Brooklyn het woongedeelte van New York, waar voornamelijk kantoren zijn. Het is ook de geboorteplaats van vele bekende personen zoals Barbara Streisand, Mel Brooks, Woody Allen, enz. Brooklyn is een echte smeltkroes van allerlei etnische groepen en culturen die zij aan zij naast elkaar leven. De prijzen van de woningen liggen er een stuk lager, er zijn mooie brede boulevards en er is veel groen. Op Brooklyn Heights ziet men de straatjes met de typische huizen met trappen aan de buitenkant zoals men dikwijls in films ziet. Een van de trekpleisters is de prachtig versierde ingangsdeur van de Brooklyn Public Library en op de Grand Army Plaza staat een "Arc de Triomphe”
Ondertussen is de mist opgetrokken en de zon maakt het aangenaam om te wandelen. We besluiten dan ook de Brooklyn Bridge al wandelend terug over te gaan. De Brooklyn Bridge loopt over de Hudson River en is de mooiste brug van New York. De brug werd geopend in 1883 nadat er 16 jaar aan gewerkt was. Er loopt een mooi wandelpad in 't midden van de brug hoog boven het verkeer, en we doen er bijna 1 uur over om foto's te nemen en van de ene oever naar de andere te wandelen. Er zijn verschillende mooie uitzichtpunten op de Skyline van New York.
Vandaag is de laatste dag dat we naar New York gaan. Wij hebben nog het ticket voor de Uptown Loop. Deze gaat via de Columbus Circle, waar een enorm beeld van Columbus staat, het Lincoln Center en de Metropolitan Opera naar Central Park. We rijden langs de "West Side" van het Park, waar zich destijds de film West Side Story afspeelde, het is nu volledig gemoderniseerd en opgewaardeerd. We komen opnieuw langs de Dakota Building, en rijden verder naar de Ulysses Grand Tomb (18de president van de US - en bevelhebber van de Union-soldaten tijdens de Civil War) en de Cathedral of St.John the Divine, waarvan de werken begonnen zijn in 1892 maar nooit voltooid zijn.
De volgende halte is Harlem. Het is inderdaad een gekleurde wijk, maar nooit hebben we een onveilig gevoel gehad. We wandelen een stukje rond in de wijk en eten een hapje bij MacDo schuin tegenover het "Apollo Theater" waar bekende Motownartiesten hun carriëre begonnen zijn. Tot besluit rijden we langs de "East Side" of Central Park. Hier zijn de duurste appartementen van New York. Ze worden dan ook bewoond door klinkende namen zoals Michaël Douglas, Barbara Streisand enz. We rijden nog voorbij het Smithsonian National, het Guggenheim en Metroplitan Museum en het Mount Sinaï Ziekenhuis, waar al heel wat beroemde baby’s geboren zijn maar ook al heel wat beroemdheden gestorven zijn. Ik vind het spijtig dat we New York al verlaten, er is nog zoveel te zien en te beleven. Ik was graag de Kerst en Nieuwjaarsdagen in New York geweest, dat moet geweldig zijn, maar Fred is allergisch aan kou, en wil verder naar het Zuiden. Enkele dagen later zal blijken dat dit een goede beslissing was, want twee weken later is er het eerste ernstige winteroffensief met sneeuw en koude.
Wanneer we de volgende dag vertrekken komen we in een monsterfile terecht tengevolge van een ongeluk, en zijn verplicht ergens op een parking te gaan overnachten. Fred houdt niet van files en wachten en wil niet langer aanschuiven. Juist naast de weg is een winkelcentrum van Macy's met een enorme parking. Wanneer we 's avonds om 10 uur in bed liggen, komt een "security agent" op ons raam kloppen, en we mogen daar niet blijven staan. Gelukkig is de volgende Wal-Mart niet ver weg.
We rijden door richting Philadephia, doch gezien het weer niet schitterend is stoppen we aan een bibliotheek om de blog en emails bij te werken. We worden zeer vriendelijk ontvangen en krijgen direct een "guestpass" voor onze beide laptops.
Het is zondag wanneer we in Philadelphia aankomen, de stad is verlaten en het is regenachtig. Bijna heel de stad is eenrichtingsverkeer, we vinden zo goed als geen parking voor onze camper, en buiten enkele gebouwen in het centrum, zoals bijvoorbeeld City Hall waar we een paar maal voorbijrijden, zien we er niet veel dat ons er toe aanzet om er te blijven. We rijden voorbij het Betsy Ross Museum, de vrouw die naar het schijnt de eerste Amerikaanse vlag zou gemaakt hebben. De gids in 18de eeuwse traditionele klederdracht maakt een zwierige reverance maar we zijn niet te verleiden. We verlaten de stad via een smalle zeer lange straat met aan beide zijde typische, mooie houten huisjes met trappen ervoor. Deze straat vonden we eigenlijk nog het mooiste dat we in Philadelphia hebben gezien.
Week van 19.11 tot 25.11.2007
Wij zijn aangekomen in Washington DC. Ook hier problemen om een parkeerplaats te vinden. Ofwel mag men helemaal niet parkeren, ofwel gedurende max 2 uurtjes. We hebben al een paar keer rondgereden en willen tot aan het Capitool rijden voor een foto, doch een politieagent verbiedt ons met de camper de straat in te rijden. Ten einde raad vragen we haar waar we de camper kunnen parkeren, en ze wijst ons vriendelijk de weg naar Union Station, daar is een gedeelte van de parkgarage voorzien voor campers en bussen en voor 20 US$ kunnen we de ganse dag blijven staan. Van daar vertrekt ook de hop-on hop-off bus. De hop-on hop-off bus is werkelijk "de" manier bij uitstek om een stad te verkennen want anders zoekt men zich te pletter en je rijdt de helft voorbij. Ook hier nemen we een ticket voor 2 dagen = 32 US$/persoon en we mogen zo dikwijls op en af stappen als we willen. De bus maakt een zeer grote rondrit door de stad, zelfs tot het Arlington Cemetary, met 25 stops. Nabij het Mariott Hotel stappen we af en gaan een snack eten. Het is een restaurantje met een buffet met Chinese/exotische gerechten, de tradionele hamburgers, steaks en sandwiches, een saladbar, een buffet met streekgerechten en een dessertbuffet. Voor elk wat wils, niet duur, maar veel volk. We stappen nog af aan het Mayflower Hotel, waar je het rijke interieur kan bezichtigen met de prachtige kristallen luchters. We mogen een kijkje nemen in de balzaal waar al menig President en zijn gasten gedanst hebben. Achter het Mayflower Hotel is het National Museum voor Geographics en de St. Matthew's Cathedral. Enkele straten verder is het FBI gebouw en het Theater waar Abraham Lincoln werd doodgeschoten. Wanneer men de bus opstapt, waarschuwt men verschillende keren dat je tijdens het rijden niet mag rechtstaan of ledematen buiten de bus houden. Inderdaad de stoplichten hangen op sommige plaatsen zo laag dat de bus er maar net onder door kan, en tussen Embassy Row (straat waar al de ambassades gevestigd zijn) en Georgetown hangen de elektriciteit/telefoonkabels en de takken van de bomen vervaarlijk laag. In Georgetown vindt men de mooiste huizen van de stad. We stappen af aan Washington National Cathedral. De kathedraal is de vijfde grootste ter wereld en de bouw ervan werd volledig gefinancierd met giften. Het beeldhouwwerk, borduurwerk, smeedijzer en houtsnijwerk verbeeldt het verleden van het land, en de kerk is versierd met prachtige bloemstukken. Een der glasramen herdenkt de vlucht van Apollo II. Het hoogaltaar bestaat uit 110 personen uitgesneden in hout en voor de vloer van het altaar werd steen van Mount Sinai (Egypte) gebruikt. Deze kerk was reeds meermaals het toneel van uitvaartplechtigheden van verschillende presidenten, o.a. Kennedy, Reagan en dit jaar nog Ford. Het wordt al laat en we nemen de bus terug via het Watergate Gebouw, Kennedy Center, Arlington, verschillende musea en rijden voorbij prachtig verlichte Memorials en het Washington Monument (de enorme obelisk). Het centrum van Washington is prachtig, met veel mooie gebouwen. De buitenwijken zien er meer armzalig en vuil uit, en men ziet veel landlopers in de parken en plantsoenen. We hebben er zelfs één zien slapen voor de tuin van het Witte Huis. De bevolking in Washington is slechts voor 3,9% blank, de rest zijn kleurlingen waarvan 57 % zwarten. Een zeer groot gedeelte van de bevolking spreekt Spaans. Wij hadden ons dit helemaal anders voorgesteld. We hebben een Wal-Mart gevonden juist buiten de stad waar het rustig is en waar we een paar dagen zullen overnachten.
De volgende dag gaan we terug naar Washington en parkeren terug in de parkgarage van Union Station. De kassierster is een dame uit Ethiopië, ze begint een praatje met ons maar vindt het spijtig dat wij niet gelovig zijn en wil ons persé bekeren. Ze geeft ons enkele brochures om te lezen. We nemen de hop-on hop-off bus tot aan het Witte Huis. Er is een Witte-Huis Visitor Center, met een film en allerlei foto's en documenten over de bouw van het Witte Huis en zijn bewoners. Een bezoek aan het Witte Huis zelf is slechts mogelijk door bemiddeling van je Ambassade en moet minstens 6 weken tevoren aangevraagd worden. We moeten ons dus maar tevreden stellen met een foto voor het hek met op de achtergrond het Witte Huis en de prachtige tuin met fontein.
We eten ergens een broodje en nemen de bus via de Arlington Memorial Bridge naar Arlington Cemetary, de militaire begraafplaats gelegen aan de overzijde van de Potomac River. Arlington heeft een oppervlakte van 252 ha.
Er liggen 280.000 Amerikaanse soldaten die gesneuveld zijn in de oorlogen waarin het land betrokken was, gaande van de Burgeroorlog tot op heden. We bezoeken er het graf van J.F.Kennedy en zijn vrouw, de voornaamste trekpleister van Arlington. Op zijn graf brandt de eeuwige vlam aangestoken door zijn vrouw op de dag van zijn begrafenis. Een stukje verderop ligt het graf van zijn broer Robert Kennedy die eveneens vermoord werd. In hetzelfde park ligt ook het graf van Pierre L'Enfant de Franse architect die de stad Washington ontworpen heeft. Vanuit Arlington House, ooit de woonplaats van General Robert Lee, generaal van de Confederatie, heeft men een prachtig zicht over Arlington, de Potomac River en Washington. Het Memorial Amfitheater is een enorm complex in witte marmer. Dit amphitheater is het decor van heel wat staatsbegrafenissen en herdenkingsdiensten. Nabij het theater staan enkele speciale gedenkstenen, o.a. ter nagedachtenis van de astronauten omgekomen in de Space shuttle Challenger in 1986 en in Space shuttle Columbia in 2003. Er is ook een gedenkteken voor de soldaten omgekomen tijdens de bevrijding van de gijzelaars in de Ambassade in Teheran in 1980. Achter the Amfitheater staat het Graf van de Onbekende Soldaat, een prachtige witte marmeren sarcofaag. Hier wordt om het uur een kleine plechtigheid gehouden tijdens het wisselen van de wacht. Indrukwekkend en plechtig en iedereen word verzocht om recht te staan. Tijdens ons bezoek werd er een belangrijk officier van de zeemacht begraven met groot militair vertoon, de kist met vlag op een affuit, de erehaag langs beide zijden van de weg, een muziekkapel en 21 kanonsschoten als eresalvo. Op de terugweg rijden we opnieuw voorbij verschillende musea, waar o.a. in de National Gallery of Art verschillende werken van beroemde Europese kunstenaars worden tentoongesteld. In Washington zijn de meeste musea gratis.
Vandaag is het een prachtige dag, warm zelfs. We besluiten al wandelend een deel van Washington te bezoeken. We beginnen aan Union Station dat prachtig versierd en verlicht is voor de Kerstdagen. Voor het station prijkt een enorm beeld van Christoffel Columbus (waar niet). Via een lommerrijke laan waar de eekhoorntjes lustig in de bomen rondhuppelen, komen we aan de Library of Congress.
De Library was aanvankelijk in het Capitool gevestigd, doch werd tijdens een brand in 1814 verwoest. Men bouwde in 1897 het statige Thomas Jefferson House in Italiaanse renaissance-stijl met daarvoor een fontein met een opvallend bronzen beeld van Neptunus. Het koepelgewelf bereikt een hoogte van 49 m. Het hoogtepunt van het gebouw is de Great Hall met prachtige marmeren bogen en pilaren en bronzen beelden. De Library heeft de grootste collectie boeken, manuscripten, microfilms, kaarten en muziek ter wereld. Na de brand in 1814 bood Thomas Jefferson zijn eigen collectie ter vervanging aan. Naast de Library staat het US Supreme Court, een Corinthisch bouwwerk geopend in 1935. Het Hooggerechtshof is de laatste mogelijkheid bij juridische geschillen en spreekt zich uit over constitutionele kwesties.
Volgend doel is het Capitool. Fred heeft zoals gewoonlijk zijn Zwitsers mes in zijn rugzak, en dat mes mag niet binnen in het Capitool. We hebben nog een uurtje tijd voor de volgende rondleiding, ik ga terug naar de camper met het mes, terwijl Fred de nodige foto's rond het Capitool maakt. Voor het bezoek moeten we natuurlijk eerst door de scanner . De eerste steen van het Capitool werd in 1793 gelegd door George Washington, maar het gebouw onderging later nog vele veranderingen. We komen binnen in de Rotunda, het hart van het Capitool, waarboven de 55 m hoge grote koepel prijkt. In aanvang was deze koepel veel kleiner, doch gezien er in de loop der tijden veel vleugels werden aangebouwd om plaats te bieden aan het groeiende aantal senatoren, stond de kleine koepel potsierlijk op het gebouw en werd vervangen door een grotere. Het plafond van de koepel is geschilderd door de Amerikaans-Italiaanse schilder Constantino Brumidi in 1865 en stelt President George Washington voor omringt door de symbolen van de Amerikaanse democratie en de technologische vooruitgang. Er is een prachtig gepolijste vloer en de muren zijn bedekt met prachtige schilderijen die de geschiedenis van het land voorstellen, o.a. 4 enorme doeken met taferelen uit de Onafhankelijksoorlog, geschilderd door John Thumball, adjudant van George Washington in deze oorlog. Een ander schilderij stelt Pocahontas voor, de eerste Indiaanse die zich tot het christendom liet bekeren om met een blanke te kunnen trouwen. Hoewel de Rotunda geen wettelijke functie meer heeft, is het de plaats waar staatsbegrafenissen gaande van Abraham Lincoln tot Lyndon Johnson, belangrijke Congresleden, militaire helden en vooraanstaande burgers, hebben plaats gehad. Van 1810 tot 1859 kwam de Senaat bijeen in the Old Senate Chamber (er waren slechts 36 bureau's die de 36 staten vertegenwoordigde). Het is een sfeervol vertrek dat warm aanvoelt door het overvloedig gebruik van donker hout en rood velours. Het werd later nog 75 jaar bezet door het Hooggerechtshof. Door de uitbreiding van het aantal staten werd deze Senate Chamber te klein, en moest er opnieuw aangebouwd worden. Daarna werd er vergaderd in de Ellips, de zuidelijke staten zaten aan de zuidzijde en de noordelijke staten aan de noordzijde. De oude Kamer van Volksvertegenwoordigers is nu de "National Statue Hall". Elke staat leverde 2 beelden in marmer of brons van prominente burgers. We wandelen ook nog een beetje rond in de kelders waar een expo over het Capitool gevestigd is.
Daarna wandelen we voorbij de verschillende musea beheert door de Smithsonian Institution. James Smithsonian was een welgestelde Britse wetenschapper. Hoewel hijzelf nooit in Amerika is geweest, stichtte hij in Washington een foundation die kennis en wetenschap moest verspreiden. Hij liet aan deze foundation zijn gigantisch fortuin en talrijke persoonlijke voorwerpen na. Het zijn deze musea die bijna allemaal gratis toegankelijk zijn.
Na de middag lopen we even het Air en Space Museum binnen. Maar het is zo groot dat we niet alles kunnen zien en we willen nog de Memorials gaan bezoeken. Er zijn verschillende gedenktekens, het Jefferson Memorial, Roosevelt Memorial, Lincoln Memorial, Vietnam en Koreans Veterans Memorial, en het Memorial voor de slachtsoffers van de tweede wereldoorlog. Ik had ze allemaal willen bezoeken, want ze zijn allemaal even mooi, maar de tijd ontbreekt. We komen eerst aan het Washington Monument. Dit de enorme obelisk die op veel foto's van Washington prijkt. Hij is 170 m hoog en gemaakt van 36.000 brokken marmer en graniet. Het werd gebouwd als aandenken aan de eerste president van de USA, George Washington. De bouw werd gestart in 1848 en werd volledig gebouwd met donaties, doch in 1858 moesten de werken worden stilgelegd daar het geld op was. De werken werden hervat in 1878, vandaar het kleurverschil in het marmer en graniet. Het monument staat op een enorm grasplein, met aan de ene zijde zicht op het Capitool en de andere zijde op het Lincoln Memorial.
We bereiken het prachtig "World War II Memorial" met zijn grote vijvers, fonteinen en reflecting pool. Het herdenkt de 16 miljoen Amerikanen die in deze verschrikkelijke oorlog gevochten hebben en de Gouden Sterren op de Freedom Wall eren de 400.000 Amerikanen die hierbij het leven verloren. Het is een cirkelvormig complex in witte marmer en op elke zuil prijkt de naam van één der 52 staten. Het is 's avonds héél mooi verlicht. We wandelen langs de Reflecting Pool naar het Lincoln Memorial, één der meest indrukwekkende bezienswaardigheden van Washington. Gezeten in zijn neoklassieke "tempel" kijkt Lincoln met strenge blik uit over het spiegelende oppervlak van de vijver en de stad. Het 10 m hoge imposante beeld van Lincoln werd gehouwen uit 280 blokken wit marmer. Op de muren staat zijn beroemde toespraak "the Gettysburg Address" gegrift. President Lincoln heeft een belangrijke rol gespeeld in de Burgeroorlog en de afschaffing van de slavernij. Ook vanaf deze Memorial sprak in 1963 Martin Luther King Jr. 200.000 mensen toe met de bekende toespraak "I have a dream". Een direct gevolg hiervan was het aannemen van de Wetgeving voor Burgerrechten in 1964 door het Congres.
Het is al laat en donker als we de Memorial verlaten, en we zijn doodmoe. We zijn een eind van Union Station verwijderd en nemen een taxi die ons in enkele minuten voor 5 US$ terug naar onze camper brengt.
Vandaag is het Thanksgiving Day. Deze traditie werd door de eerste Hollandse settlers ingevoerd. Na vele tegenslagen hadden ze eindelijk de US bereikt en ook de eerste jaren hadden ze met verschillende tegenslagen te kampen, zoals hongerwinters en mislukte oogsten. Nadat ze zich uiteindelijk in de US hadden kunnen vestigen, werd de derde donderdag van november uitgeroepen tot "Thanksgiving Day", met de traditionele kalkoen. Deze traditie wordt in de US nog heel hoog gehouden en het is één van de weinige feestdagen waarop de meeste bezienswaardigheden, supermarkten en winkels gesloten zijn.
Wij hebben voor enkele weken genoeg van de grootstad en begeven ons naar het liefelijke, heuvelachtige Virginia. Onderweg in het Chesapeake and Ohio Park was er een mooie plaats om te overnachten, doch het is 22.11 en mijn moeder wordt 80, dus moeten we de jarige kunnen bellen. Spijtig genoeg is er geen ontvangst met de GSM in het park en moeten we verder. We brengen een bezoekje aan Harpers Ferry gelegen aan de samenvloeiing van de Potomac en de Shenandoah River. In dit dorp leidde John Brown in 1859 een roemruchte overval op het federaal arsenaal, die weliswaar mislukte, doch twee jaar later zou leiden tot de Burgeroorlog. Het stadje ziet er nog net zo uit als in de 19de eeuw en enkele gebouwen die dateren uit deze tijd zijn als museum ingericht. Het is een rustig stadje getooid in prachtige herfstkleuren.
Hier is ook het Appalachian Trail Conservatory gevestigd, de Appalachen Trail is een pad van 3220 km dat loopt van Maine tot Georgia. Wij gaan er een deel van doen met de camper.
Een gedeelte van deze trail is het Shenandoah Park, waarvan de toegang gelegen is nabij Front Royal. Er is een zeer gezellig ingericht Visitors Center waar twee vriendelijke oudere heren, waarvan één nog in België gevochten had tijdens de tweede oorlog, ons uitvoerig over Virginia, de Skyline Drive in het Shenandoah NP en de Blue Ridge Parkway vertellen. Het is werkelijk aandoenlijk met hoeveel trots en kennis zij over hun streek vertellen. We gaan op hun aanraden ergens goed en goedkoop lunchen, en de Kerstman en zijn Dame komen ons nog in een open koets voorbij en zwaaien ons vriendelijk toe.
We komen eerst aan het Shenandoah National Park, waar we aan de ingang een National Park Pass kopen. Met deze pas, die 80 US$ kost voor de auto of camper en alle inzittenden, kan men gedurende 1 jaar alle National Parks en National Historic Sites bezoeken. Alle kosten in de parken zijn inbegrepen i.e., parkings, shuttlebussen en toiletten. Men betaald enkel nog voor een evt. campingplaats.
De trail door het Shenandoah National Park is een prachtige 105 miles (170 km) lange weg door de bossen over de heuvelruggen van de Appalachen. Spijtig genoeg zijn we een beetje laat voor de mooie herfstkleuren en te vroeg voor de lente. Het moet prachtig zijn wanneer de honderden rododendrons en wilde bloemen langs de kant, in bloei staan. Een voordeel is wel dat we nu beter het wild kunnen zien. We zien onderweg wel 10 herten die rustig langs de kant staan te grazen. Er zijn verschillende mooie wandelpaden en uitzichtspunten, en het is dan ook vrij druk in het park. Vele mensen komen met dit mooie lange herfstweekend genieten van de natuur. 's Avonds moeten we het Park verlaten, want overnachten op de parkings is niet toegelaten en de campings zijn gesloten. Het wordt die nacht heel koud, wanneer we 's nachts op de thermometer kijken duidt die -8° aan. Maar we hebben verwarming en genoeg dekens, dus kan er ons niet veel gebeuren.